vrijdag 27 juli 2012

Bomen met cactussen erop

Er stond voor vandaag een lange rit voor de boeg. Van Kingman naar San Bernardino zou alleen over de snelweg al meer dan 4,5 uut reistijd vragen. En we wilden niet over de snelweg. Gisterenavond hadden we alle spullen weer ingepakt en de spullen voor vanavond in een koffer gedaan, zodat we na de rit niet alles weer uit de auto gehaald hoeft te worden.

Om half zeven ging de wekker en dat is toch best vroeg. Zeker als je in een prettige kamer verblijft en 's avonds niet meteen bent gaan slapen...
De kinderen kregen we er best makkelijk uit, hoewel ze een nomadenbestaan steeds minder lijkt te bevallen. Ik denk dat het vooruitzicht van het ontbijt meehielp.

En dat ontbijt, ook daar was niks mis mee: scrambled eggs, worsten, jus, warme havermoutpap, geroosterd brood, cakejes in alle vormen en maten, vruchtenyoghurt, muesli en cereals, koffie, halfvolle en volle melk, sappen en bovenal een wafelijzer waar de kinderen zelf een wafel konden bakken. En dat deden ze dus ook! Of het echt lekker was weet ik niet, want ze hebben allebei weinig gegeten. Wel veel gedronken.

Na nog twee koffie in een beker met deksel meegepakt te hebben, zijn we nog een keer teruggegaan naar de kamer voor de laatste sanitaire handelingen en de laatste spulletjes te pakken. Ook nog even tanken en weg waren we.

We hadden gisterenavond besloten om niet via Oatman te rijden, maar gewoon de interstate 40 te volgen richting Calfornie. Dat scheelde 45 minuten reistijd en de nodige stoptijden. We hadden zo meer tijd in Joshua Tree National Park. Wel jammer, want het schijnt een erg mooie route te zijn. Maar als we iets geleerd hebben tijdens het rijden door Amerika, dan is het toch wel om keuzes te maken. Je kunt niet alles zien...

Enfin, wij over de snelweg door de woestijn. Dat was lang niet saai en al redelijk snel bereikten we de grens met Californie. Snel hadden we onze groente en fruit uit het zicht gehaald, want je mag geen groente of fruit importeren. We werden aangehouden en er werd gevraagd of we misschien van de Grand Canyon af kwamen. Toen ik zei dat we uit Kingman kwamen mochten we doorrijden.

Vrijwel meteen sloegen we van de snelweg af en reden we een oud stukje van Route 66 op. Dat was echter maar een mijl lang en daarna sloegen we linksaf. Verder de woestijn in. Eerst was de weg leuk bochtig, maar daarna mijlenlang rechtdoor. Op zo'n recht stuk zag ik vlak boven ons een arend vliegen, dus ik zoek of dat beest een witte kop heeft (niet overigens), ziet Laura ineens een coyote aan de kant van de weg! Heb ik weer gemist...

De route door de woestijn was lang, maar eigenlijk niet saai. Er was voldoende te zien in het landschap aan cactussen, aparte struiken, spoorbanen, overstekende reptielen, mooie vergezichten en af en toe een flauwe bocht. Ondertussen schommelde de temperatuur al rond de 100 graden (da's zo'n 39 graden Celcius) en het was pas rond tien uur! Rond 11 uur was het ongeveer even warm en kwamen we in de richting van de Interstate 10. Deze moesten we op, richting Los Angeles.







Na weer een tijdje op die snelweg gereden te hebben, sloegen we af. We hadden eerder de navigatie uitgezet, want die stuurde ons via de noordkant Josha Tree National Park in, terwijl wij via de zuidkant wilden. Op zich geen probleem, maar de navigatie bleef dus mijlenlang roepen dat we moesten omkeren. Toen waren we hem even beu. Maar later op de snelweg misten we hem toch wel, want je kunt zo beter inschatten hoever je nog moet. Daarom dus van de snelweg af om het ding weer aan te zetten. Bleek dat we de volgende afslag moesten hebben.

Eenmaal van de snelweg af veranderde het landschap snel. Het werd een hele mooie woestijn, met prachtige planten, cactussen en rotsen. Het park kwam dus snel dichterbij en ineens waren we bij de ingang. Geen poortje waar je je kaart moest laten zien en waar je een kaartje en krantje van het park krijgt. Helemaal niks. En dat hadden we nog niet eerder meegemaakt. Enkele mijlen verderop kwamen we wel bij een bezoekerscentrum en hebben we de kinderen uit de auto gesleurd om daar even naar binnen te gaan. Als we rijden kijken ze niet zo naar buiten. Lieve kijkt vooral filpjes op de Ipad en Jens slaapt, speelt wat op de Ninteno of doost wat voor zich uit. En het maakt niet uit waar we rijden.

In het bezoekerscentrum een kaartje en krant gehaald en even snel rondgekeken. Deze was nogal spartaans uitgevoerd, als je hem vergelijkt met de andere bezoekerscentra. Dus maar weer naar buiten en daar de warmte opgezogen en naar de botanische tuin gelopen. Dat laatste was niet zo interessant. De omgeving was mooier. Dus maar weer in de auto en het park verder ingereden,

Na mijlen niemand tegen te zijn gekomen in deze woestijn kwamen we bij een splitsing met twee dirtroads. Daarvan zijn we er eentje wat verder opgereden. Je ziet het landschap dan weer anders, omdat de weg nog meer onderdeel is van zijn omgeving. Daar staken ook nog vier roadrunners de weg over. Maar even later toch maar omgedraaid en weer teruggereden.

De weg slingerder verder door het landschap en we keken onze ogen uit: die weidsheid en leegte. Weer een aantal mijlen verder kwamen er steeds meer Chollacactussen. In een bocht was een parkeerplek en van daaruit gingen we een stukje lopen tussen de cactussen. Daar was een wandelpad uitgezet met wat informatie over de cactussen. Dit pad liep door een gebied met wel duizenden van die cactussen. Ook dode en daar zagen we de binnenkant van de cactussen; dus als de huid, bast, schil of hoe heet dat bij een cactus eraf is: een holle tak met allemaal gaten erin. De warmte trok door mijn schoenen en ook de anderen kregen het erg warm en dus liepen we terug naar de auto om te drinken. We wilden er ook eten, maar onze hoop was gevestigd op een overdekte picknickplek. Misschien was die een eindje verder bij de aangegeven picknickplaatsen.

Ondertussen waren we van het ene woestijntype naar de andere gegaan. Geen cactussen meer, maar Joshua Trees (bomen met cactussen op de takken volgens Jens) en ook andre struiken. De rotsen waren nu ook die kenmerkende rosten van Joshua Tree: op en in elkaar gedrukte en geplakte marshmallows in gele rotskleur. En in die omgeving gingen we een dirtroad op om bij de picknick te komen. Helaas geen overdekte plekken, dus erg warme billen op de banken, maar wat een mooi plekje was dat!

Na de boterhammen en een beetje chips voor het zout zijn we weer in de auto geklommen en verder gereden. We reden door joshua treebossen en langs bijzondere rotspartijen,. We wilden naar de Hidden Valley, maar die liet zich moeilijk vinden. Uiteindelijk waren we er en liepen we naar de vallei toe. Het is een klein valleitje , omsloten door rotsen, waar vroeger de veedieven hun vee verborgen. Nu dus een heel mooi gevarieerd plekje in de woestijn. Daar hebben we een paar foto's gemaakt en zijn weer vlug naar de auto gevlucht.

Daarna reden we vrij vlot het park weer uit en kwamen we op de route richting de grote stad. Dit was het laatste park dat we kunnen bezoeken. De parkenpas heeft zijn nut zeker gehad! Wat een mooie parken hebben we gezien! De route werd nu snel drukker. Eerst met windmolenparken en later met steeds meer verkeer en bebouwing. 80 mijl voor Los Angeles zijn de voorsteden begonnen. De navigatie leidde ons er prima doorheen. Niet alleen voor wat betreft afslagen, maar ook rijbaankeuzes bij verkeerspleinen. Reuze handig!

We werden dan ook keurig voor de deur afgezet door de tomtom. De deur in de 'typische tent', volgens Jens. Die tenten zijn uit het begin van de jaren '50 en vooral de badkamer is nog uit die tijd. Verder is het wel speciaal. Je ziet dat het oud is en het hoort ook weer echt bij Route 66. En de kinderen vinden het fantastisch. Waarschijnlijk zijn ze ook heel erg blij dat de tipi niet zo'n tent is als bij Yosemite. Ze hebben nog heerlijk gezwommen en daarna zijn we op jacht gegaan naar eten. We kwamen uit bij In'n'out Burger. Heerlijk eenvoudig: 3 soorten hamburger (gewoon, met kaas en dubbel), een maat friet en 4 maten bekers voor drank (raar met gratis refill). De hamburgers en de frietjes smaakten prima en met een kleine omweg langs het station (die tick gaat maar niet over) zijn we weer naar de tipi gegaan en ligt iedereen nu op bed.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten